Theo van Dillen

No English text yet > do you like to help us with a translation?

Theo van Dillen
Liefhebber Amsterdam-Noord


Geboortejaar     : 1948
Geboorteplaats : Amsterdam
In het Porem van Mokum omdat hij uit een echt arbeidersgezin uit Amsterdam-Noord komt. 

Fietst nog regelmatig naar Tuindorp Buiksloot, 'het dorp' waar hij vierenzestig jaar heeft gewoond.


I
“Als ik tijd heb, fiets ik naar het dorp. Een praatje maken. Maar het is er niet meer zoals vroeger. Er wonen nieuwe mensen. Het dorp is ook saai geworden. Mijn ouwe huisie vind ik leuk, maar verder vind ik er niks meer aan.”
Theo woont onder begeleiding in een groepswoning in nieuwbouwwijk Jeugdland, maar komt nog regelmatig in Tuindorp Buiksloot, waar hij vierenzestig jaar heeft gewoond. Vier dagen per week gaat Theo naar de dagbesteding in zorgboerderij De Stolp bij Zunderdorp. “Ik sta bij het bruggetje en dan haalt boer Wilco me op. Op de boerderij trek ik mijn overall aan en ga ik vegen in de koeienstal. Als ik moe ben ga ik effe op mijn kont zitten. Er zijn kippen en twee ezels, waar we omstebeurt voor zorgen. We gaan ook plantjes kweken, maar het was te koud, alles is mislukt.”

II
“Een stille buurt, een beetje saai”, zo noemt Theo de plek in Amsterdam-Noord waar de groepswoning staat waar hij onder begeleiding woont. De aangrenzende wijk in aanbouw vind hij helemaal niks: “allemaal kunststof.” Nee dan zijn oude buurtje Tuindorp Buiksloot. Daar is hij geboren en tot voor kort woonde hij nog met zijn zus in zijn ouderlijk huis. “Ik drink nog wel es een bakkie koffie bij mijn zuster en fiets dan weer terug. Daarna ga ik een uurtje pitten of naar de radio luisteren.”

III
Theo's oudere broer Frits vertelt over de buurt waar ze opgroeiden. “Onze ouders woonden eerst op de Bickersgracht, piepklein. In 1943 kregen ze eindelijk een gemeentewoning in Tuindop Buiksloot, maar iedereen noemt die buurt het Blauwe Zand. Het was een echte arbeidersbuurt. Vader werkte bij de PTT, moeder was huisvrouw. Iedereen kende iedereen. Niemand had wat, ja veel kinderen, maar verder niets. Een klein huis, dat wel, maar stukken beter dan de etage waar we vandaan kwamen. Beneden een huiskamer, boven drie slaapkamers en een kamer met een fonteintje. Op zaterdagmiddag gingen de kinderen in de tobbe. Toen we ouder werden gingen we naar het badhuis in Vogeldorp.” Theo heeft hier vierenzestig jaar gewoond. Hij fietste altijd door de buurt, kende iedereen en iedereen kende hem. “Mijn moeder was lief, ze kon goed koken. Mijn vader was een beetje streng af en toe”, grinnikt Theo. 

IV
In de groepswoning heeft Theo een eigen kamer, met een foto van 'zijn porem' aan de muur. En boven zijn bed is een kleurige brommer afgebeeld: een foto van een muurschildering die zijn nichtje, de dochter van Frits, in Theo's oude kamer had gemaakt. “Dat was mijn brommer, een Peugeot. Vroeger reed ik daarop door de buurt, maar nu niet meer, te eng.” Een badkamer deelt hij met zijn overbuurvrouw, beneden is een grote huiskamer. Daar hangt een bord met taakjes: om beurten helpen de bewoners met koken en opruimen. Samen met buurman Henk heeft Theo ook viooltjes in de tuin gezet. Gaandeweg leert hij meer mensen kennen, maar zoals vroeger in 'het dorp' is het nog lang niet.


Voorgedragen door: Marisa van Dillen
Portret: Salwa Jabli
Interview: Christine van Eerd
Sponsor: familie van Dillen
Foto: Koos Baaij